Een speciale aanpak voor mensen met een niet-westerse achtergrond is niet nodig, zolang de begeleiding maar echt maatwerk blijft. De uitgangsposities van mensen in de bijstand verschillen daarvoor te weinig.
Van der Klein, onderzoeker van het Verwey-Jonker Instituut, komt tot deze conclusie na twee jaar lang onderzoek gedaan te hebben in Enschede. Het streven in Enschede is om elke klant maatwerk te geven, zonder aanzien des persoons of zonder onderscheid op basis van achtergrond. Iedereen krijgt een zelfde soort ondersteuning, waarbij natuurlijk wel per persoon wordt gekeken wat iemand nodig heeft om weer werk te kunnen vinden. De onderzoekers wilden weten hoe dat in de praktijk uitpakt. Zouden er ondanks deze gelijke aanpak toch geen verschillen ontstaan tussen mensen met en zonder migratieachtergrond? Welnu, we konden ze gerust stellen. De gemeente boekt met deze aanpak voor alle doelgroepen een zelfde resultaat.’
Drie aanbevelingen voor gemeenten
- Als gemeenten daadwerkelijk maatwerk leveren, blijken bij dezelfde uitgangspositie de geboekte resultaten op het gebied van uitstroom uit de bijstand gelijk voor mensen met of zonder een niet-westerse migratieachtergrond. Daar is geen extra doelgroepenbeleid voor nodig. Een uitzondering daarop geldt voor statushouders.
- Wel is het in de begeleiding van mensen met een migratieachtergrond van belang aandacht te besteden aan mogelijke problemen met discriminatie op de arbeidsmarkt.
- Intervisie met casuïstiekbesprekingen is en blijft belangrijk voor de ontwikkeling van klantmanagers. Zij hebben hier ook behoefte aan.
Bron: ZonMw